op het dakterras van mijn hotel in de oude citadel van antalya geniet ik deze ochtend van mijn thee en het uitzicht. onze puber slaapt nog. moe van alle indrukken.
mij verbaast zijn niet aflatende energie om maar te willen winkelen. kent u dat? tussen het bezoeken van de antieke opgravingen van phaecelis en het aanschouwen van de levensgrote marmeren beelden van heracles en apollo door, moet alles wat los en vast zit worden aangeschaft. geen zonnebril, trui of shirt is veilig voor zijn koopdrift. om ’s avonds moeiteloos obers in de beste restaurants van de stad voor zich te laten rennen. antoine de saint exupery schreef er ooit een mooi boekje over.
met veel plezier toon ik de kleine man deze dagen een groot aantal van de vele horecabedrijven die de stad telt. we ontbijten, lunchen en dineren op allerlei plekken, of ons leven ervan af hangt. tijdens deze bezoeken neemt hij alles minitieus in zich op en wordt de bedrijfsvoering tijdens de maaltijd geanalyseerd. hoe verliep de begroeting met de hoofdkelner, hoe werden de dranken gepresenteerd, klopt de vouw in het witte tafellinnen wel en hoe toegankelijk is de menukaart opgesteld? bruikbare adviezen voor ‘onze tent in winschoten’ worden ongevraagd geventileerd. hoe leuk is dat!
ik besef tegelijkertijd dat ons bedrijf aan de kade in winschoten in de achterliggende paar jaar dat wij er nu bezig zijn, wel een heel bijzonder ding is geworden. ondefinieerbaar bijna. in elk geval geen etablissement dat elke dag voor het publiek geopend is en waar de nadruk ligt op het zoveel mogelijk verkopen van dranken en spijzen aan een groot publiek. meer een plek waar wordt verbonden. daar zit ook ons plezier en onze kracht.
hoe leuk is het dat het bedrijf een aantal dagen per week als clubhuis van muzikaal en jazzgeëngageerde oldambtsters en westerwolders fungeert.
tot van ver over de duitse grens komen onze gasten. dat bedrijven, ambtenaren, kunstenaars, medici, agrariërs, studenten, transgenders en wie nog meer, er hun borrels en partijen geven.
waar we wekelijks les geven aan mbo-studenten van het noorderpoort en lezingen voor de studenten organiseren waarbij kapiteins, chirurgen en verpleegkundigen uit onze streek hen bijpraten over hun vak en beroepsethiek in het algemeen.
overdag en door de week een bijenkorf met studenten en vergaderend en recepterend volk. in de weekeinden de gezelligheid van vele bekende en minder bekende gasten die ons aan de kade bezoeken.
geweldig!
en dat is nu precies de kern van ons beroep en ons bedrijf. onze gasten laten voelen dat ze zeer welkom zijn en dat het een eer is dat ze op dat moment voor onze zaak hebben gekozen.
ik hoef onze kleine man niks uit te leggen. wanneer de kelner zonder boe of bah onze borden uithaalt, zoals dat zo mooi in vakjargon heet, merkt hij fijntjes op: “dat hoef ik in winschoten niet op deze manier te proberen”.
en zo is het!