stilte gebiedt
een boer schijt meer dan een apotheker, rijmt mijn zoon als ik roep; één ding weet ik zeker… moeder aarde regelt het allemaal zelf! ik schop mijn wandelschoenen uit en wentel me in chagrijn. kievieten, grutto’s, tureluurs, leeuweriken, scholeksters, niet één meer, het is stil in het veld.
als ik niet antwoord op haar vraag noemt mijn vrouw stilte mysterieus. de stilte die nodig is om iets te bedenken is anders dan de stilte van twee geliefden die elkaar aankijken. stilte fascineert.
velden met raai, geil eiwitrijk gras, een bodem vol stikstof en fosfaten vernietigt het leven onder deze oppervlaktelaag. er valt voor vogels in het veld niets meer te halen, als kind herinner ik me de kwetterij van weidevogels die elkaars territorium schenen te betwisten als oorverdovend.
de stilteling weet dat taal gevoel verborgen kan houden, na een lange stilte zeggen: er is niets aan de hand; is net zo raadselachtig als het fluiten/roepen/kwetteren van vogels. is geluid dat –nog– geen taal is stilte?
voorverteerde mest uit potstallen, karig uitgereden stront, staat voor kruidige weidelanden met torren, slakken en andere lekkernijen. vogeltjes in de zomen van het bos bespied door lome vliegers vanuit een blauwe hemel lijken onverstoord. waar de scholekster ooit stampvoette om een worm te verleiden naar boven te komen is het nu stil.
mooie maand,
leo janson, expeditieleider
https://www.redderijkeweide.nl